Tijdens al deze malaise kwam het CBS met vrolijk nieuws. Het aantal particuliere huishoudens in Nederland met een vermogen van 1 miljoen euro of meer is tussen 2017 en 2018 gestegen van 180,9 duizend naar 207,4 duizend. De grote vraag is natuurlijk hoeveel miljonairs er in het voorjaar van 2020 van over zijn. Die vraag wordt door het CBS waarschijnlijk in 2022 beantwoord.
Veel miljonairs in Bloemendaal, weinig in Kerkrade
In Noord-Holland woonden in 2018 relatief de meeste miljonairshuishoudens (3,5 procent). Daar liggen ook de top drie gemeenten met het hoogste aandeel miljonairs: Bloemendaal (22 procent), Laren (20 procent) en Blaricum (17 procent). Noord-Holland wordt gevolgd door Utrecht en Zeeland, waar ook meer dan 3 procent van de bevolking miljonair is. Onderaan de lijst staan Flevoland, Groningen en Limburg met minder dan 2 procent miljonairs. In de Limburgse gemeenten Kerkrade, Brunssum en Landgraaf woonden naar verhouding de minste miljonairshuishoudens.
Miljonairs hebben 21 keer zoveel vermogen als niet-miljonairs
Miljonairshuishoudens hadden in 2018 gemiddeld ruim 2,5 miljoen euro aan vermogen, tegenover een vermogen van 119 duizend euro van niet-miljonairs. Het vermogen van miljonairs is hiermee gemiddeld 21 keer zo hoog als dat van niet-miljonairs.
Van de 207 duizend miljonairs in 2018 had twee derde een vermogen tussen 1 en 2 miljoen euro. Rond 16 procent van de miljonairs had een vermogen tussen 2 en 3 miljoen euro. Ruim 2 procent had een vermogen van 10 miljoen euro of meer. Het gaat daarbij om 4,5 duizend huishoudens.
Aanmerkelijk belang en ondernemingsvermogen grootste bezit
In 2018 bestond 37 procent van de bezittingen van miljonairs uit aanmerkelijk belang en ondernemingsvermogen, 22 procent bestond uit de waarde van de eigen woning. Bij niet-miljonairs vormde de waarde van de eigen woning 72 procent van de bezittingen tegen 3,4 procent aanmerkelijk belang en ondernemingsvermogen. Naarmate het vermogen van miljonairshuishoudens groter is, neemt het relatieve aandeel van het aanmerkelijk belang en ondernemingsvermogen in het totale bezit toe en het aandeel van de eigen woning af.
Miljonairs hebben relatief minder schulden dan niet-miljonairs: 13 procent tegen 46 procent (schuld als percentage van het bezit). Bij de niet-miljonairs bestaat 89 procent van de schulden uit hypotheekschuld voor de eigen woning. Bij miljonairs is dat iets minder dan de helft.